dinsdag 24 mei 2011

Sensoa pioniert met eerste handboek seksuele en relationele vorming


Het Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid, Sensoa, neemt een 
nieuwe stap om het seksuele bewustzijn bij jongeren te vergroten. Op 29 maart werd het handboek  voor relationele en seksuele vorming voorgesteld op een studiedag in het Vlaams ministerie van Onderwijs en Vorming.

Lynn Roodhooft: "Seksuele vorming wordt te weinig
ingewerkt tijdens de lessen"
Sensoa brengt een heel nieuw concept op de markt. Naast biologische en seksuele basisinformatie bevat het boek ook een groot deel duiding. Voor de eerste keer wordt er in een academisch werk ook ingespeeld op de leefwereld van jongeren. Zo krijgen bijvoorbeeld de invloed van nieuwe media, de eigen maatschappij en zelfs seksueel grensoverschrijdend gedrag een plaats in het boek.

Sensoa probeert relationele en seksuele vorming op een heel open en positieve manier te brengen. Niet alleen de technische aspecten van seksualiteit komen aan bod, ook het menselijke aspect krijgt aandacht. Maar hoe zal het handboek concreet een plaats krijgen in scholen? Lessenroosters zitten al propvol, is er nog plaats voor seks en relaties? 

Tot op vandaag wordt relationele en seksuele vorming niet structureel aangeboden in het secundair onderwijs. Scholen en leerkrachten vullen hun programma zelf in waardoor de vorming sterk verspreid is en erg afhankelijk is van leerkracht tot leerkracht.

“Hier wordt seksuele vorming vooral gegeven tijdens de lessen biologie en bij gebrek aan lesuren is er niet veel tijd voor duiding”, zegt Lut De Broeck, leerkracht biologie in Don Bosco Haacht. Het relationele aspect wordt in de meeste scholen aangeboden in het vak godsdienst, maar de kwaliteit en kwantiteit van die lessen kunnen wel wat variĆ«ren volgens lesgever.

“Aansluitend is er in het derde middelbaar een projectdag rond relationele vorming voorzien met onder andere invulling door de schoolarts”, vertelt Mevrouw De Broeck. Het grote probleem is blijkbaar het tekort aan uren. Moesten de leerkrachten meer tijd hebben, zouden ze  vaker kunnen uitweiden. Want de technische informatie die de leerlingen tijdens de lessen krijgen, krijgt natuurlijk voorrang. “Er is dus zeker ruimte voor verbetering, al vind ik de vorming op onze school niet slecht. Wij hebben alvast interesse in het handboek van Sensoa, alleen zal ik eens moeten bestuderen hoe we dat kunnen inpassen in de lessen biologie.”

Moet er dan een apart vak voorzien worden voor seksuele en relationele vorming? Volgens Lynn Roodhooft, leerlinge in het vijfde middelbaar, is dat toch net iets te veel. “Informatie over seks en relaties kan perfect ingewerkt worden tijdens de lessen biologie en godsdienst, alleen gebeurt dat nu nog te weinig.” Bovendien wordt bepaalde informatie pas gegeven wordt als het misschien al te laat is. De gevaren van seksueel overdraagbare aandoeningen worden bijvoorbeeld pas besproken in het zesde middelbaar terwijl veel jongeren dan al lang seksueel actief zijn.

Er is dus ook op vraag van de leerlingen zelf nood aan een herstructurering van de seksuele en relationele vorming. Het handboek van Sensoa is zeker een eerste stap in de goede richting. Maar natuurlijk moeten leerkrachten ook wel tijd hebben om het handboek te kunnen gebruiken. En dat is nu net waar het schoentje knelt.

Charlotte Schreurs

Geen opmerkingen:

Een reactie posten